De seizoenen
|
De seizoenen | |
Het vlak van de aardequator maakt een hoek van 23°27' met het ecliptica-vlak.
Deze hoek bepaalt dus de breedte van de keerkringen:Evenzo maakt de aardas eenzelfde hoek van 23°27' met een vertikale op het ecliptica-vlak. Het is dus eveneens mogelijk om een tweede hoek te bepalen die de breedte van de poolcirkels aangeeft:
- kreeftskeerkring : 23° 27' breedte NOORD
- steenbokskeerkring : 23° 27' breedte ZUID
De baan rond de Zon en de helling van de aardas veroorzaken dus de seizoenen.
- noordpoolcirkel : 66° 33' breedte NOORD
- zuidpoolcirkel : 66° 33' breedte ZUID
Zomer
De zomerzonnewende doet zich voor op 21 of 22 juni wanneer de zonnestralen loodrecht op de kreeftskeerkring vallen.
Het is dan zomer in het noordelijk halfrond en winter in het zuidelijk halfrond.
~ in het noordelijk halfrond is de dag langer dan de nacht;
~ in het zuidelijk halfrond is de nacht langer dan de dag;
~ aan de evenaar is dag = nacht.Winter
De winterzonnewende doet zich voor op 21 of 22 december wanneer de zonnestralen loodrecht op de steenbokskeerkring vallen.
Het is dan winter in het noordelijk halfrond en zomer in het zuidelijk halfrond.
~ in het noordelijk halfrond is de dag < de nacht;
~ in het zuidelijk halrond is de dag > de nacht;
~ aan de evenaar is dag = nacht.Lente en herfst
De ecliptica en het equatorvlak snijden elkaar in een rechte die in twee punten de aardbaan snijdt.
Deze twee punten, de eveningen, bepalen het begin van de lente en van de herfst op het noorderlijk halfrond, respectievelijk op 21 maart en 23 september.
Dag en nacht zijn even lang op gelijk welk punt op aarde.
  Vorige pagina |
Volgende pagina   |
| Webmaster: Antoine van Ruymbeke | Laatst bijgewerkt: 10 augustus 99 |